Op 14 augustus 2013 heeft de staatssecretaris van Financiën in antwoord op Kamervragen bevestigd dat zwangerschapsuitkeringen uit een arbeidsongeschiktheidsverzekering inderdaad onbelast zijn. Een zwangerschapsuitkering uit een arbeidsongeschiktheidsverzekering kan onbelast worden genoten, omdat in de wet geen grondslag is opgenomen op basis waarvan de uitkering kan worden belast.
In de praktijk zijn zwangerschapsuitkeringen echter vaak in de aangifte inkomstenbelasting opgenomen als belastbare periodieke uitkeringen. Dit zou juist zijn als de dekking voor de zwangerschapsuitkering zou kwalificeren als een arbeidsongeschiktheidsuitkering in de zin van art. 3.124 eerste lid onderdeel c Wet IB 2001. Zwangerschap levert echter geen ziekte of invaliditeit op, waardoor de dekking voor een zwangerschapsuitkering niet kwalificeert als een arbeidsongeschiktheidsverzekering.
Het is daarom dat de zwangerschapsuitkering uit een arbeidsongeschiktheidsverzekering niet kwalificeert als een periodieke uitkering in de zin van art. 3.100 eerste lid onderdeel b. Conclusie: de uitkering is niet belastbaar.
Aan de andere kant heeft dit ook tot gevolg dat het deel van de verzekeringspremie dat ziet op de dekking voor een zwangerschapsuitkering niet aftrekbaar is als uitgaven voor inkomensvoorzieningen. In de praktijk brengen verzekeraars doorgaans echter geen splitsing aan in de premie voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering, waardoor deze splitsing voor de belastingplichtige niet inzichtelijk is.
Verzekeraars zullen naar verwachting maatregelen nemen.
Zwangerschapsuitkering uit ZEZ-regeling wél belast
Let op: Alleen zwangerschapsuitkeringen uit een particuliere verzekering zijn onbelast. Loondoorbetalingen tijdens zwangerschapsverlof aan een werkneemster zijn ook gewoon belast, net als publiekrechtelijke uitkeringen op grond van de ZEZ-regeling.
Bezwaar
Belastingplichtigen aan wie een te hoge aanslag is opgelegd kunnen binnen zes weken na dagtekening van de aanslag bezwaar aantekenen. Als bezwaar niet meer mogelijk is, kan tot vijf jaar na het einde van het kalenderjaar waarop de belastingaanslag betrekking heeft, verzocht worden om een ambtshalve vermindering.
Heeft u hierbij advies of andere ondersteuning nodig, dan horen wij dat graag.