Een touringcarchauffeur is op het dak van een bus, op een hoogte van 3,7 meter, bezig met onderhoud van de airconditioning. Als hij via de ladder naar beneden klimt, komt hij ten val en loopt een gebroken hak op. De chauffeur stelt zijn werkgever aansprakelijk voor alle schade omdat deze tekort is geschoten in zijn zorgplicht. Hoe zit dat met de zorgplicht van de werkgever?
De wet zegt hierover: de werkgever is verplicht de lokalen, werktuigen en gereedschappen waarin of waarmee hij de arbeid doet verrichten, op zodanige wijze in te richten en te onderhouden alsmede voor het verrichten van de arbeid zodanige maatregelen te treffen en aanwijzingen te verstrekken als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt. De werkgever is jegens de werknemer aansprakelijk voor de schade die de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden lijdt, tenzij hij aantoont dat hij zijn zorgplicht is nagekomen of dat de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer.
In dit geval staat volgens de rechter vast dat de chauffeur schade heeft geleden in de uitoefening van zijn werkzaamheden en dat geen sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid. Daarmee staat ook vast dat de werkgever aansprakelijk is voor de schade, tenzij hij aantoont dat hij zijn zorgplicht is nagekomen. En daarin slaagt de werkgever volgens de rechter niet.
De chauffeur moest één of twee keer per jaar de werkzaamheden aan de airconditioning op 3,7 meter hoogte uitvoeren. Daarbij was sprake van een (val)risico. Op het bedrijf was hiervoor een takelinstallatie met valbescherming (tuigje). De stelling van de werkgever dat het een eigen keuze van de werknemer was om die takelinstallatie niet te gebruiken, helpt hem niet. Vastgesteld wordt immers dat de werkgever voor het gebruik ervan nooit (veiligheids-)instructies had gegeven. Juist omdat het incidentele, risicovolle werkzaamheden waren, had de werkgever dat wel moeten doen.
Tip:Werknemers verrichten af en toe werkzaamheden waaraan zekere risico’s kleven. Check regelmatig of u deze voldoende in beeld hebt, de nodige maatregelen hebt genomen en zo nodig veiligheidsinstructies hebt gegeven. Leg ook vast dat u dit hebt gedaan, wanneer en op welke wijze.