Het kabinet heeft vanwege de nieuwe coronamaatregelen besloten om ook in het 4 e kwartaal de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) open te stellen voor ondernemers. TVL Q4 2021 is nagenoeg gelijk aan TVL Q3 2021. De regeling TVL Q4 2021 is voor ondernemers die in het 4 e kwartaal van 2021 minimaal 30% minder omzet hebben ten opzichte van het 4 e kwartaal van 2019 of het 1 e kwartaal van 2020.
TVL Q4 2021 opent zodra de Europese Commissie de regeling heeft gewijzigd en goedgekeurd. Met TVL Q4 2021 vervalt de Vaste Lasten voor onder andere Nachtsluiting (VLN).
Zo ziet TVL Q4 2021 eruit:
- De TVL-subsidie wordt berekend aan de hand van het omzetverlies, het percentage vaste lasten van de sector en een vast subsidiepercentage van 100%.
- Het minimale subsidiebedrag is € 1.500.
- Het maximale subsidiebedrag is € 550.000 voor mkb-bedrijven en € 600.000 voor grote ondernemingen (niet-mkb bedrijven).
- Een onderneming of groep verbonden ondernemingen verwacht minimaal 30% omzetverlies in het 4 e kwartaal (Q4 2021) ten opzichte van het 4 e kwartaal van 2019 (Q4 2019) óf het 1 e kwartaal van 2020 (Q1 2020). U kiest zelf welke referentieperiode voor u het gunstigste is: Q4 2019 of Q1 2020.
- Ondernemingen die zich na 30 september 2019, maar voor 1 juli 2020 hebben ingeschreven bij de KVK kunnen als referentieperiode kiezen voor het 1 e volledige kwartaal na inschrijving of het 3 e kwartaal van 2020 (Q3 2020).
- De onderneming stond op 30 juni 2020 ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, en heeft minimaal één vestiging in Nederland. Die vestiging heeft een aparte voordeur of opgang los van het huisadres. Op deze vestigingseis gelden een paar uitzonderingen:
- – Horecaondernemingen met SBI-code 56.10.1, 56.10.2 en 56.30, 51.10.
– Markthandel met SBI-code 47.81.1, 47.81.9, 47.82, 47.89.1, 47.89.2 en 47.89.9.
– Taxivervoer met SBI-code 49.32 en 49.39.1.
– Auto-en motorrijscholen met SBI-code 85.53.
– Kermisattracties met SBI-code 93.2.12.
– Luchtballonvaart & recreatieve sportvliegtuigen met SBI-code 51.10.
– Binnenvaart (SBI 50.40), zee- en kustvaart (SBI 50.20), goederenvervoer over de weg (SBI 49.41), verhuisvervoer (SBI 49.42), post- en koeriersdiensten (SBI 53.10 en 53.20). - De onderneming of groep verbonden ondernemingen ontving tussen maart 2020 en 30 juni 2022 niet meer dan € 2,3 miljoen aan overheidssteun voor vaste lasten. Bereikt uw onderneming bijna de grens? Dan ontvangt u het bedrag tot € 2,3 miljoen.
Afwijkende referentieperiodes
U kunt als referentieperiode kiezen uit 2 kwartalen: Q4 2019 of Q1 2020.
Voor een aantal ondernemingen geldt een andere referentieperiode:
- Start onderneming tussen 1 oktober 2019 en 31 december 2019: referentieperiodes Q1 2020 of Q3 2020
- Start onderneming tussen 1 januari 2020 en 31 maart 2020: referentieperiodes Q2 2020 of Q3 2020
- Start onderneming tussen 1 april 2020 en 30 juni 2020: referentieperiode Q3 020
Let op:Om in aanmerking te komen voor TVL Q4 2021, heeft u in sommige situaties een derdenverklaring of een accountantsproduct nodig.